Div

Een dag uit het leven van…

Lief dagboek,

hoe zag een dag uit het leven van een bouwvakkende huiseigenaar er uit?

In de ochtend deed ik een uurtje of wat kantoorwerk. Vandaag ging het er over, hoe onze toekomstige keukenvloer er misschien uit gaat zien. We hebben een hotline met de gezusters Beumer en Beumer. Ik zit op verzoek verschillende vloeren en varianten van de keuken uit te werken. De volgende plaatjes gingen de afgelopen dagen, en dus ook vanochtend nog, het land door:

gele-vloer groene-vloer joep-180-rond-tapijt-vloertegel-achterwand roomwit zachtgroen

Rond een uur of half elf zat ik in de auto. Toen ik in Haarlem aankwam, vond ik een parkeerplaatsje recht achter de bus van Bart. Bart was al lekker bezig met gaten boren en leidingen leggen.

img_0386

Op verzoek van Bart heb ik een kango ter hand genomen, en heb daarmee een gleuf in de keukenmuur gehakt. Door deze gleuf komt straks de hoofdgasleiding te lopen.
Terwijl ik aan het hakken was, belde Jan Verburg aan de voordeur. Hij had mijn slagboormachine geleend, en wilde weten of ik thuis was. Ja, dat was ik. Nou, dat kwam goed uit, want dan kwam hij straks de slagboormachine terugbrengen.

img_0392

Na het hakken moest ik even uitrusten op ons nieuwe bankje buiten op straat. Wie kwam daar aanlopen? De leuke 83-jarige Duitse buurvrouw die boven het theater woont. Of ik even op kon schuiven, dan kon ze ook even zitten. Terwijl we de laatste dorpsnieuwtjes doornamen, zagen we dat de Dikke Spanjaard van de overkant de lelijke overgordijnen die dag en nacht voor hun raam hangen aan het demonteren was. Ze gaan verhuizen. Goed nieuws. Terwijl we daar nog even over doorfilosofeerden, kwam Reny aangefietst. Dat is onze bovenbuurvrouw, die eerst drie jaar boven ons wilde blijven wonen, toen juist niet, toen half december wilde verhuizen, toen vroeg of de overdracht misschien al half november kon, en nu nog een maand na de overdracht wil blijven wonen tot half december want haar nieuwe huis is nog niet opgeleverd. Met Reny heb ik een paar formaliteiten doorgenomen over regelgeving rond de verkoop van een woning.

Inmiddels wilde Bart weten hoe dik de muur is die ons van het theater scheidt. We moeten straks een afvoerpijpje van mijn zo vurig gewenste urinoir wegwerken. Zou de muur dik genoeg zijn om het pijpje in de muur te verzinken? Er was volgens mij maar één manier om dat te ontdekken. Zet een lekkere lange boor op de slagboormachine, en laten we eens zien hoe diep we kunnen boren voordat we er aan de andere kant van de muur weer uitkomen. We haalden makkelijk 10 centimeter zonder door de muur heen te schieten. Dat is genoeg voor een weggewerkt pijpje. En dat betekent ook dat we de afvoer op de hoofd rioolpijp van de WC kunnen aansluiten. Maar daarvoor moet er wel een flinke hap uit de betonnen WC vloer gehakt worden. Terwijl Bart daaraan begon, ging ik weer een stukje in de keuken bikken. Ik zag er ongeveer zo uit:

IMG_0145 (1)

Toen werd er aangebeld. Het was niet Jan. Het was de buurvrouw die eigenlijk een buurman is van het theater. Ze was in paniek. “Many water in the cinema, you drill”.

In mijn koddige overall, helemaal witbepoederd, volgde ik haar het theater in. Daar was ik nog nooit tijdens werkuren geweest. Een klein buitenlands mannetje met een black-light zaklampje ging me voor naar de plek des onheils. Daartoe moesten we eerst door de hetero zaal wandelen. Er was net een film bezig over een mevrouw met een enorm hulpstuk. In de zaal zaten ongeveer tien oudere heren langzaam heen en weer te trillen op de oorverdovende herrie van Barts betonbreekhamer. In mijn verwarring groette ik de bezoekers vriendelijk. Misschien dachten ze dat ik bij de show hoorde, ze keken nauwelijks vreemd op van mijn plotselinge verschijning.  We staken de filmzaal door, en kwamen op het “ontmoetingsplein”. Daar waren in het aardedonker een vijftal bejaarden in comfortabele fauteuils over het weer aan het kletsen. Helemaal achterin het pand, ter hoogte van ons tuinhek, was een kast. In die kast lag een plasje water.

Nadat ik de hele goegemeente verzekerd had dat wij daar niet in de buurt aan het werk waren geweest, ging ik weer naar huis. Bart had een extra T-stuk nodig om de rioolpijp te monteren. We hebben een fantastische gereedschapswinkel op de hoek, dus dat T-stuk ging ik kopen. Ik was nog niet op de hoek, of Jan Verburg kwam me tegemoet, met mijn boorhamer aan een touw over zijn schouders. Ik heb hem de huissleutels gegeven, en gezegd dat ik snel weer thuis zou zijn.

Toen ik even later thuis kwam, stond de huisdeur wijd open. In de huiskamer werd vrolijk gekletst. Het was Jan, die het erg naar zijn zin had met de droeve oude dikke manager van het theater. De man was hals over kop opgeroepen, en wilde wel eens zien welke waterleiding we geraakt hadden. Ik ben met hem onze tuin ingelopen, en kon hem aanwijzen waar hij ongeveer zijn natte voeten had. Ver uit de buurt van ons huis, ergens in de vleugel van zijn pand dat los in de tuin staat. Mismoedig slofte hij weer terug naar zijn eigen nachtmerrie.

Ik heb Bart uitgezwaaid, want die mag al om 16:00 naar huis, ik heb nog wat zakken gevuld met puin, het huis kort gestofzogen, en toen ben ik weer naar Amsterdam gereden.

Daar ging ik naar de Vondelkerk, omdat mijn goede vriend Jimmy Nelson (van die mooie foto’s van verre volken) een feestelijke introductie van de Jimmy Nelson Foundation gaf, en pas daarna, rond 18:30, was ik thuis.

Daar had Annie heerlijk gekookt, hebben we even televisie gekeken, en heb ik dit blog geschreven.

Best een hoop meegemaakt.