Voorgevel

Waar ik het vorige blog nog met mijn laarzen in de modder stond, heb ik de afgelopen weken in mijn goeie goed achter de computer gezeten.
Zoals u zich misschien herinnert, hebben we bij het aanvragen van de omgevingsvergunning behoorlijk mot gehad met de gemeente. Omdat we een rijksmonument aan het verbouwen zijn, heeft zo’n beetje elke ambtelijke groep er iets over te zeggen. We hebben geduldig alle hordes genomen, maar struikelden bij onze voorgevel.
De gemeentelijke tak die over monumenten gaat, heet Erfgoed. De correspondentie met Erfgoed is uitputtend geweest. Geen gevel, wel een gevel maar geen voordeur, modern, klassiek, op de rooilijn of juist inspringend, alle varianten zijn de revue gepasseerd. Uiteindelijk was Erfgoed tevreden.
De volgende commissie stond toen al klaar. Een commissie van architecten, die moet beoordelen of het ontwerp aan de welstandsnormen voldoet. Ze opereren onder de naam “de ARK”. De mevrouw van de ARK was ronduit onbeschoft en keurde het ontwerp af. Ik heb een woedende mail geschreven en dat was het laatste wat we ooit met onze voorgevel gedaan hebben.
Bij onze achtergevel (de gevel die we laatst gebouwd hebben) hadden we al hulp gekregen van een architect. Een reuze aardige man, Peter. Peter is razend druk, wij hadden ook genoeg aan ons hoofd, maar de afgelopen weken had Peter plotseling tijd voor ons. We hebben leuk heen en weer zitten “brainstormen”.
Het was ons duidelijk geworden dat Erfgoed de hele vorige periode eigenlijk maar op één ding aanstuurde: symmetrie in de hele gevel. Het theater, nummer 77, moet heel duidelijk gaan lijken op ons eigen huis, nummer 79. Dat idee hebben we steeds weggewoven. Het leven is al duur genoeg, om nou meteen ons eigen huis, waarvan de verf nog maar net droog is, van een nieuwe gevel te gaan voorzien, we dachten het niet!
Maar Peter is toch met die opzet gaan puzzelen.
Heel vroeger, we schrijven 1894, was het theater breder dan het nu is. De gevel bestond uit een aantal losse panelen of deuren.

Daarna is er weinig over de gevel bekend, tot een foto uit 1933. Vele verbouwing later had de gevel een rijzig karakter. Lange kozijnen met hoge ramen.

Nog weer later, rond 1955, werden de kolommen betegeld met de tegels die we nu nog steeds hebben.

Peter heeft, om het maar eens oneerbiedig te zeggen, alles in een hoge hoed gegooid. Perfecte symmetrie, de panelen uit 1894, de hoge kolommen en kozijnen uit 1933 en het tegelwerk van later datum.
Wij zijn er zelf erg enthousiast over. De lelijke badkamertegels die we nu op de gevel hebben begonnen al te wennen, maar eigenlijk wordt alles vooral acceptabel door de enorme hoeveelheid planten die we ervoor hebben staan.
Als Erfgoed net zo enthousiast over dit plan is als we hopen, dan zou het ook met de kosten wel te overzien zijn. Feitelijk zijn het zes deuren in een deurkozijn. Het meest rechter paneel van het theater kan open. Dat wordt de voordeur. Onze lelijke tegels worden overtegeld met een mooie Winckelmann tegel, en klaar is Kees. Nou ja, klaar, we hebben natuurlijk weer een rondje behangers in het verschiet, we gaan een paar dagen in de open lucht wonen, en onze poezen hebben dan geen vensterbank om in te liggen. (verrassing, poezenfoto!!)

Het ontwerp van Peter is te zien bovenaan dit blog. Ik heb zelf lekker zitten te hobbyen om alles in 3D uit te werken. De kleuren zijn slechts een voorstel, de tegeltjes ook, alles kan nog veranderen, maar het geeft wel al een leuk idee.
De tekening van Peter is nu naar Erfgoed opgestuurd. Nog niet als officiële omgevingsvergunning, maar meer als een poging om een eerste reactie van ze te ontvangen. We hebben geen idee wat die reactie zal zijn. Misschien beginnen we binnenkort weer helemaal opnieuw, met een ander idee. Tot die tijd kijken we af en toe naar de 3D tekeningen, en verheugen ons stiekem al een beetje op deze volgende stap.



Daar zullen jullie buren vast blij mee zijn.
Haalt de hele straat op. En de W.O.Z.-waarde ook, waarschijnlijk.