Een wazige situatie, nagekomen constructie bericht

We zijn vaag geweest, onscherp en een beetje wazig. Want, zoals onze trouwe lezer Jan zich in een reactie op het vorige blogje afvroeg:
“Allemaal reuze leuk en aardig, zo’n verhaal over een stalen balk, maar waar gaat het eigenlijk over?”
Ja, dat is me nou ook wat. Hoewel we over van alles en nog wat schrijven, blijken we er nooit aan toe gekomen te zijn om de stalen balk ordelijk te introduceren. Terwijl hij toch van groot belang is. Hij draagt namelijk onze hele logeerkamerdouche, en zorgt er samen met een andere nieuwe (houten) balk voor dat de toekomstige trap een behoorlijke eindpunt heeft.
Het zit zo:
Vroeger liepen alle balken van de slaapetage paralel aan elkaar. Toen ik de douche bouwde, heb ik er een extra balk tussen geplaatst, in de veronderstelling dat het allemaal wel stijf genoeg zou worden om dat gedeelte van de slaapetage te ondersteunen. Het uiterste puntje van de douche gaat tzt steunen op de nog te bouwen trap, daar bleef alles wel op hangen hoopte ik.
De constructeurs van Duyts dachten daar anders over. Ze adviseerden ons om een soort van “T” onder de douche te maken. Waar eerst alle balken paralel liepen, wilden ze graag dat ik een extra balk overdwars zou maken, die alle bestaande balken zou kruisen. Op de tekening hieronder is hij rood omcirkeld.
Die nieuwe houten balk ligt aan één zijde in de gangmuur, en moest met zijn andere kant haaks op een bestaande balk bevestigd worden.
De montage van die houten balk hebben we beschreven in “Balkenbrij”
Alle bestaande lengtebalken hangen sindsdien als het ware aan de “rode” balk. Die “rode” balk op zijn beurt hangt weer aan een bestaande balk, die ik hieronder blauw heb omcirkeld. Een echte “T-constructie”
Links zit rood lekker stevig in de bakstenen muur, en kan nergens heen. Maar rechts hangt hij met het volle gewicht van de hele vloer, inclusief douchecabine en eindpunt van de toekomstige trap, aan de blauwe balk.
Blauw zou van al dat gewicht zomaar kunnen doorbuigen, of zelfs kunnen doorbreken. Om dat nu te voorkomen, wilde Duyts dat er een stalen balk tegenaan gemonteerd zou worden.
En dat dus is de balk die we vandaag gemonteerd hebben.
Dit extra blogje is geschreven met grote dank aan Jan, en hoopt een aansporing voor u allen zijn om ons bij elk geval van twijfel of verwarring meteen op de vingers te tikken. De Reactie-box staat altijd open.
Dank voor de toelichting. Ik durf het bijna niet te vragen, maar hoe moet ik de ‘klos tegen wringing in de raveelbalk’ nu precies plaatsen? Die kan niet aan de blauwe balk hangen, zoals de rode balk aan de blauwe balk hangt, toch?
Die klos is een makkie. Men neme een stukje houten balk van juiste lengte, en bewerkt één kant precies zo, dat hij de exacte vorm van de binnenzijde van de stalen U-balk krijgt. Die kant van het balkje mep je klemvast in de stalen balk, de andere kant bevestig je met een normaal anker aan de tegenoverliggende houten balk. Nu is de theoretische kans dat de stalen balk alsnog door het gewicht van de rode balk zou “kiepen” een stukje verminderd.
Dan wordt het toch zoals in Psalm 127: ‘Als de heer Duyts het huis niet bouwt’.